Advies
Vraag 1 was: Which sentence is right?
Vraag 2 was: Complete the sentence. (With one of the words below)
Goede antwoord: grandfather or granddad.
Vraag 3 was: Is this sentence spelled right?
Goede antwoord: Yes, it is
Vraag 4 was: Wat staat er bij (.............) op regel 6?
Goede antwoord: Frans
Vraag 5 was: Wat vindt Linda leuker?
Goede antwoord: Met vriendinnen spelen.
////
Je hebt 3 van de 5 vragen goed! Helaas had je vraag 1 en 5 fout. Daarom raden we je aan 'a/an' en 'tekst begrijpen' nog even door te lezen. Ben je klaar en snap je wat er staat in 'a/an' en 'tekst begrijpen'? Ga dan onder de rode streep op de oefenpagina verder met nieuwe stof.